Voedselbossen zijn hip, en dat is maar goed ook. Want de landbouw zoals we die kennen, is aan vernieuwing toe. Met een voedselbos produceer je noten, fruit en andere eetbare gewassen, terwijl je ondertussen de bodem en de biodiversiteit herstelt. Wil jij een voedselbos in je omgeving aanleggen? Marjolein Bezemer, community manager voor het Platform Voedselbossen Brabant, vraagt Wouter van Eck van Food Forest Ketelbroek en John Vermeer van de Brabantse Milieufederatie wat je moet weten. Met deze tien tips maak je een goede start.
.
1. Hoe kom je aan grond voor je voedselbos?
Voor een voedselbos heb je grond nodig. En dat kan in Nederland nog best een uitdaging zijn. Bedenk ten eerste dat je een voedselbos kunt planten op grond die niet in jouw bezit is. Er zijn particulieren die veel eigen grond hebben en jou daar graag iets mee laten doen, bijvoorbeeld in ruil voor een deel van de oogst. Een Natuur- en Milieufederatie bij jou in de buurt kan je helpen aan ideeën en contacten.
Gemeenten staan ook steeds meer open voor plannen voor eetbare parken en voedselbossen. Zo luisterde de Gemeente Utrecht goed naar de bewoners van een geplande nieuwbouwwijk, die in de wijk een voedselbos willen aanleggen. De gemeente vond het een goed idee en nam het mee in het bouwplan. Het is de bedoeling dat het voedselbos er staat voordat de huizen gebouwd worden. De bewoners worden betrokken bij de aanleg en het onderhoud.
Wil je toch op zoek naar je eigen stuk grond? Dan kun je een huis met een groot perceel aanschaffen. Of je koopt een stuk productiebos of een akker en vormt die om tot voedselbos.
2. Welke bestemming heeft de grond?
John Vermeer hielp namens de Brabantse Milieufederatie een aantal mensen aan grond voor hun voedselbos. “Let in eerste plaats op het bestemmingsplan, dat vind je bij de gemeente of online. Je kunt bijvoorbeeld een stuk grond aankopen met bestemming agrarisch of natuur. Koop je land met bestemming natuur, dan heb je te maken met verschillende natuurdoeltypen. De regels hierover zijn streng, dus informeer bij de provincie welke natuurdoeltypen geschikt zijn voor het aanleggen van een voedselbos. Koop je een bestaand bos dat je wilt omvormen tot een voedselbos, dan heb je te maken met herplantingsplicht en de natuurbeschermingswet. Zoek goed uit wat dat voor de mogelijkheden betekent, voordat je bestaande bomen gaat kappen.”
Landbouwgrond gebruiken voor een voedselbos is gemakkelijker, maar ook duurder. Natuurbeschermers zijn vaak geen voorstander van een voedselbos op natuurgrond. Op landbouwgrond gelden minder strenge regels. Daarbij is landbouwgrond meestal ernstiger verwaarloosd; op zo’n plek verbetert een voedselbos de bodem en de biodiversiteit enorm.
Vermeer: “In Brabant kan het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) agrarische grond betaalbaarder maken. Als jouw beoogde stuk landbouwgrond voldoet aan bepaalde voorwaarden, kan het GOB het bestemmingsplan omzetten naar natuur. Voor boeren en banken is natuurgrond ongeveer de helft minder waard dan agrarische grond. Het GOB compenseert die waardedaling. Je dient je dan wel te houden aan de afspraken om geen gif of drijfmest te gebruiken.”
In andere provincies is een soortgelijke subsidiegever niet gemakkelijk te vinden. Maar agrarische grond kan in minder dichtbevolkte gebieden zoals de provincie Groningen goedkoper zijn dan in de Randstad en Brabant.
3 Wat is de grondwaterstand?
Naast bestemmingsplannen en natuurdoeltypen, heb je ook te maken met grondwatertrappen. Vermeer: “Notenbomen wortelen heel diep en willen niet met hun wortels in het water staan. Je moet voor een voedselbos uitgaan van ongeveer één meter tot aan de grondwaterspiegel. Bij de waterschappen zijn de waterstanden in te zien. Je kunt ook in de natste tijd van het jaar (rond eind februari) zelf met een grondboor een gat graven op jouw beoogde stuk land. Staat het grondwater toch te hoog, maar wil je wel op die plek gaan planten? Maak dan verhoogde stukken land voor de diep-wortelende bomen. Wil je een vijver op je land, dan kun je de grond die je afgraaft elders gebruiken om op te hogen.”
4 Hoe ontwerp je een voedselbos?
Een voedselbos moet minstens honderdtachtig jaar meegaan. De piek in productie voor de hoge bomen is na honderdtwintig jaar. Bovendien wil je dat het bos een paar jaar na aanleg nagenoeg geen onderhoud meer nodig heeft. Dat vraagt om een weldoordacht ontwerp en om geduld. De experts zeggen dat je minstens een jaar je onbewerkte land moet observeren voordat je een goed ontwerp kunt maken. Neem de tijd om te observeren, te lezen, te luisteren en te leren.
In het voorjaar van 2018 start een aantal voedselboscursussen. Check bij de docenten of je bij hun cursus ook een ontwerp leert maken.
Schroom niet om met andere cursisten en je docent het ontwerp te bespreken. Weet je nog weinig over planten? Dan helpt deze handige plantendatabase van Permacultuur Nederland je op weg. Natuurlijk is het ook mogelijk om een expert in te huren om een ontwerp voor je te maken.
5 Lees je in over ecologie en polyculturen
Voor je ontwerp is het belangrijk om de basisprincipes van de natuur te begrijpen. Een voedselbos is een ecosysteem. Alle organismen in dat ecosysteem dragen bij aan de balans ervan. Van vogels en vossen tot de kleinste bacteriën in de bodem: ze hebben allemaal een functie en ondersteunen elkaar. Ook planten en bomen kunnen elkaar ondersteunen. Zo kan de smeerwortel (een diep-wortelende plant) voedingsstoffen en water voor de perenboom uit de grond halen. De perenboom wortelt oppervlakkig; door ze naast elkaar te zetten, helpen ze elkaar. Zo’n polycultuur is veel minder vatbaar voor ziektes en plagen dan de monoculturen waarmee wij vertrouwd zijn.
Een ander voorbeeld van een polycultuur is de combinatie groene asperges met kruisbessen. Voedselboswachter Sjef van Dongen plant deze twee in rijen naast elkaar. Aan het begin van het seizoen worden de asperges geoogst. Daarna moeten deze meerjarige planten doorschieten om stevig en gezond te blijven. De grote aspergeplanten zorgen dan voor schaduw bij de kruisbessen en beschermen de struik tegen vogelvraat. Ten slotte zorgt de dichte begroeiing ervoor dat de bodem bedekt blijft. Dat betekent dat je minder hoeft te irrigeren en minder hoeft te wieden. Bij het ontwerp van een voedselbos ben je steeds op zoek naar zulke combinaties van elkaar ondersteunende planten.
• Edible forest gardens, Dave Jacke en Eric Toensmeier
• Creating a forest garden, Martin Crawford
• Natuurbos in Nederland, Van der Lans en Poortinga
• Herstellende landbouw, Mark Shepard
• Basishandboek aanleg en beheer van voedselbossen, Anastasia Limareva
6 Werk mee met de natuur
Wouter van Eck legde zeven jaar geleden Food Forest Ketelbroek aan. Inmiddels is dit een van de belangrijkste voorbeelden van voedselbossen in Nederland. Na jaren van observatie in zijn voedselbos, weet hij veel over ecologie. Van Eck: “Een van de basisregels van ecologie is dat de natuur naar rijkdom streeft. Wij moeten proberen op dit principe mee te liften. Dat vraagt om het loslaten van onze klassieke kijk op landbouw en moestuinieren. We hoeven niet te vechten tegen de natuur, maar kunnen de natuur nabootsen. Die wil altijd en overal vruchtbaarheid opbouwen. Wij noemen dat successie. Als we dat principe ‘vereetbariseren’ [eetbaar maken, MB], dan krijg je een voedselbos dat geen onderhoud vereist.”
Een van die klassieke misvattingen is dat onkruid niet welkom is. Van Eck: “Onkruid is heel belangrijk in een voedselbos. Iedere groene plant voegt energie toe aan het systeem; het zijn allemaal kleine zonnepanelen. Onkruiden zijn groene planten die licht omzetten in organische stof. Dat is heel belangrijk voor de opbouw van de bodem. Je hebt dan geen mest meer nodig. Daarnaast speelt onkruid ook een belangrijke rol in het bedekken van de bodem. In de natuur is de bodem nooit kaal. Het winterklaar maken van je tuin is bijvoorbeeld totaal niet nodig.”
7 Waar haal je plantgoed vandaan?
Je hebt een stuk grond tot je beschikking en je hebt een ontwerp gemaakt. Tijd om te planten. Dat doe je liefst tussen november en februari, als de bomen in rust zijn. Biologisch gekweekt plantmateriaal heeft veel voordelen. Met stip op één: er zit geen gif aan je planten, waardoor insecten in jouw voedselbos blijven leven. Daarnaast worden biologische bomen en struiken zonder kunstmest opgekweekt, waardoor ze langzamer groeien, sterker zijn, ouder worden en beter aanslaan als je ze verplaatst. Er zijn ook kwekers zonder SKAL-keurmerk die wel gifvrij kweken. Een kleine selectie van gifvrije kwekers die veel weten over voedselbossen:
Floris Natuurlijke Bomen
De Sterappel
Kwekerij Arborealis
Op Goede Grond
Een bredere lijst vind je hier. Vergeet niet dat je ook stekken kunt vragen van mensen in je netwerk.
8 Hoe organiseer je een plantdag in je voedselbos?
Zet je netwerk in. Ga veel helpen bij anderen, en vraag ze daarna ook bij jou. Maak er een feestje van. Gebruik sociale media om mensen uit te nodigen. Zorg voor informatie, lekker eten en een composttoilet op je land.
9 Hoe verkoop of verwerk je de oogst uit je voedselbos?
In de beginfase van een voedselbos kun je op de nog open plekken ook eenjarige gewassen verbouwen. Op die manier kun je ook in het eerste jaar al inkomen genereren. Wil je wachten op de oogst uit de meerjarige gewassen, dan moet je de eerste jaren geduld hebben. Maar bedenk dat ook voor kleine hoeveelheden van bijzondere groenten en fruit een markt is. The Plant is bezig met het ontwikkelen van een online marktplaats genaamd Food Value om kleinschalige boeren en afnemers met elkaar te verbinden. Zo’n lokale voedselketen is voor voedselbosboeren interessant omdat zij vaak goede kwaliteit bieden in geringe hoeveelheden.
Wouter van Eck heeft zelf een korte keten gecreëerd met een restaurant. Elke week (ook in de winter) komt de chef-kok van het Nijmeegse restaurant De Nieuwe Winkel oogsten in Food Forest Ketelbroek. Samen met Van Eck zoekt hij spannende combinaties van onbekende gewassen, waarmee hij experimenteert in zijn restaurant. Botanische gastronomie noemen ze dat. Zo staat er dit seizoen onder andere op het menu: mispels, bloemknoppen van het Japans Hoefblad en scheuten van Lisdodde. Van Eck noemt het een luxe dat de chefkok zelf bij hem terechtkwam. “Toen de oogst na zes jaar toenam, konden we ook fruit en kruiden leveren aan een brouwerij die daar cider en bier van maakt. En in het voorjaar werken we soms samen met een lokale cateraar. In deze eerste fase van het voedselbos zijn kwaliteitsproducten en korte lijnen erg belangrijk. In de nabije toekomst verwachten we zoveel oogst te hebben dat we ook chutney, sap, cider en walnootolie kunnen maken en verkopen. Het voedselbos is nu zeven jaar oud. Als we komend voorjaar geen late nachtvorst hebben, dan kunnen we daarmee beginnen. Over vijf jaar hebben we voldoende volume en zitten we qua oogst de komende eeuw goed.”
10 Hoe kom je in contact met andere voedselboswachters?
Een netwerk is heel belangrijk. Het is leerzaam en inspirerend om bij een bestaand voedselbos te gaan kijken. Voedselbos Vlaardingen, Food Forest Ketelbroek en het voedselbos van Fruitz for Life zijn mooie voorbeelden van voedselbossen in Nederland. De voedselboswachters geven regelmatig rondleidingen.
Op sociale media zijn talloze mensen actief op het gebied van voedselbossen. Zo zijn er ruim 5.700 mensen lid van de Facebookgroep Voedselbossen. Ze helpen elkaar met praktische vragen.
Bezoek congressen: dit voorjaar is het Congres Voedselbossen Oisterwijk en het Euraf Agroforestry Congres in Nijmegen.
Wat organiseert de Natuur- en Milieufederatie bij jou in de buurt? De Brabantse Milieufederatie heeft bijvoorbeeld het Platform Voedselbossen Brabant opgericht. Zoek een initiatief in jouw buurt en doe mee om te leren en anderen te ontmoeten. Op deze kaart vind je voedselbossen in heel Nederland. Op deze kaart staan de initiatieven in Brabant.
Houd ten slotte deze belangrijke initiatiefnemers in de gaten: Stichting Voedselbosbouw Nederland en Stichting Van Akker naar Bos.
Foto: John Vermeer, Brabantse Milieufederatie
Dit artikel verscheen eerder in de online editie van tijdschrift Down To Earth Magazine en werd door het magazine verkozen als een van de tien topverhalen van 2018. Meer over voedselbossen.